Interview met Koos , de zwarte panter, Sikkema (De Heracliden) – een eerlijke kijk op Ajax, Hera, van Basten en nog veel meer.

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Rond de bal

Koos 'Zwarte Panter' Sikkema mocht natuurlijk niet ontbreken in de rubriek de 20 vragen aan … In een verslag van het 24-uurs zaalvoetbaltoernooi van De Heracliden noemde ik Koos zo, en wanneer ik Koos bij De Heracliden kom valt zijn gegeven bijnaam wel even. In het onderstaand interview gaat het over ‘Hera’, Ajax, van Basten en nog veel meer wat het lezen waard is

koos

Als het over voetbal gaat, steekt Koos zijn mening nie onder stoelen of banken. Neem nou de discussie over wie Ronald Koeman ooit moet opvolgen als bondscoach van het Nederlands elftal. „Nee, die mening deel ik niet,” zegt hij beslist wanneer de naam van Ron Jans valt. „Jans is een prima trainer voor een subtopper, maar ik denk niet dat hij bij een topclub past, laat staan bij het Nederlands elftal. Wie het dan wel moet worden? Geen idee nog. Dat ligt er maar net aan welke richting de KNVB op wil, maar Jans is het voor mij in ieder geval niet.”

Koos is iemand die dicht bij zichzelf blijft, iets wat ook past bij zijn club, De Heracliden. Hij praat er met een glimlach over. „Een superleuke club waar respect voor elkaar hoog in het vaandel staat. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg, dat past bij ons.”

Zijn vrije tijd draait, hoe kan het ook anders, om voetbal. „Ik kijk graag Battle of the Bands, maar ook livewedstrijden van Ajax,al doet dat de laatste tijd soms pijn aan de ogen,” zegt hij met een grijns. „Op zondagavond om zeven uur zit ik standaard klaar voor Studio Sport, om de samenvattingen van alle wedstrijden te bekijken. Dat is een vast ritueel.”

Als hij één dag iemand anders mocht zijn, hoeft hij niet lang na te denken. „Dan ga ik even terug in de tijd en kies ik voor Marco van Basten. De meest complete spits aller tijden. Hij was technisch, kon bikkelen, koppen, had een goed schot en kon een man passeren. Alles wat ik zelf als beperkte voetballer niet had, zeg maar,” lacht hij. „Wat zou het mooi zijn om dat een dag mee te maken, even trainen op Milanello, in die tijd, met die klasse.”

Zijn herinneringen aan zijn eigen voetbalcarrière zijn warm en vol trots. „De beste speler met wie ik ooit heb samengespeeld? Dat is zonder twijfel Dick Oosterhuis. Die jongen had alles: snelheid, kracht, overzicht en hij kon scoren. Hij speelde niet voor niets als basisspeler bij VV Appingedam in de hoofdklasse, destijds de hoogste amateurklasse van Nederland. Daar heeft hij veel successen geboekt.” Op zijn telefoon is de inwoner van Uithuizermeeden niet anders dan veel anderen. „TikTok, YouTube en op zaterdag de Liveuitslagen-app,” zegt hij droogjes. „Dat zijn toch wel de apps die ik het meest gebruik.”

Ook over het kunstgrasveld bij De Heracliden is hij lovend. „Hulde aan de mensen binnen de club die dit voor elkaar hebben gekregen. Het is een prachtige aanvulling voor ons sportpark. Voor trainingen en wedstrijden biedt het zoveel extra mogelijkheden. Een geweldige stap voorwaarts.”

Zijn hoogtepunten als voetballer? „Dat zijn toch de kampioenschappen die ik heb mogen meemaken, als speler van het eerste, tweede, derde en vierde elftal. Elk team had z’n eigen charme en elk kampioenschap voelde weer als een groot feest. Mooie tijden.”

En dan komt het gesprek vanzelf bij Wout Weghorst, de spits die de gemoederen vaak bezighoudt. Koos grinnikt. „Tja, daar noem je er eentje. Het is niet mijn type speler, en hij hoort in mijn ogen ook niet bij Ajax thuis. Voor een Ajax-spits is hij veel te beperkt. Maar goed, dat is niet de vraag. Door zijn rare maniertjes en gekke trekjes is hij een beetje een patiënt, maar hij heeft wel een winnaarsmentaliteit. Dus ja, een patiënt met een winnaarsmentaliteit,” zegt hij met een knipoog.

Over de huidige situatie bij Ajax is Koos duidelijk: „Niemand gunt zijn club zo’n afbrokkeling, en ik Ajax ook niet. Ik snap niet hoe het zo snel zo mis heeft kunnen gaan. Hoe hebben ze die Mislintat zo zijn gang kunnen laten gaan? Dat is toch het toppunt van wanbeleid. Diep triest, echt waar.”

Als Koos zelf de bondscoach zou zijn, weet hij wél hoe zijn elftal eruit zou zien. „Verbruggen op doel. Achterin Dumfries, Timber, Van Dijk en Van de Ven. Op het middenveld Reijnders, Gravenberch en Frenkie de Jong. En voorin Kluivert, Gakpo en Depay. Een elftal met energie, techniek en loopvermogen. Daar kan ik wel mee voor de dag komen.”

Hoewel de actieve voetbalcarrière achter hem ligt, blijft Koos graag in beweging. „Ik ga twee tot drie keer per week naar de sportschool voor cardiotraining, om mijn conditie een beetje op peil te houden. Heel af en toe keep ik nog wel eens een wedstrijdje, maar voetballen zit er met mijn verrotte knieën helaas niet meer in. Dat is wel jammer, hoor. Maar goed, zo is het.”

Lezen is niet zijn grootste hobby. „Ik ben absoluut geen lezer,” bekent hij lachend. „Het laatste boek dat ik heb gelezen was de biografie van Frenkie de Jong, en dat is al heel wat jaartjes geleden.” Muziek speelt daarentegen wel een rol in zijn leven. „Mijn smaak is breed, maar als ik moet kiezen: als band The Eagles, zanger André Hazes sr., en een favoriete zangeres? Tjaaaaa…”

Ook over de politiek heeft Koos een duidelijke mening. „De politici in Nederland moeten ophouden zich als kleuters te gedragen. Ze moeten gaan samenwerken en echte politiek bedrijven, problemen oplossen in plaats van elkaar vliegen afvangen. Er is genoeg te doen in dit land.”

Over FC Groningen is hij hoopvol. „Ik denk dat ze de play-offs voor Europees voetbal kunnen halen. Ze zijn op dit moment een redelijke subtopper. Als ze de selectie in de winterstop intact weten te houden, moet dat wel goed komen.”

Als het op vakantie aankomt, hoeft hij niet lang na te denken. „Italië en Spanje vind ik allebei prachtig, maar als ik moet kiezen, ga ik voor Italië..

In het dagelijks leven is Koos een echte aanpakker. „Ik werk al bijna veertig jaar in de beveiliging bij Trigion Security, vroeger Nederlands Veiligheidsdienst en Falck Security. Daarnaast werk ik ook nog als vrachtwagenchauffeur bij Merema in Delfzijl, in het koel- en vriestransport.

Tot slot komt ook het vuurwerkverbod ter sprake. „Een voorzichtige nee,” zegt hij bedachtzaam. „Ik snap de redenen wel, maar het hoort ook een beetje bij oud en nieuw. Als iedereen er verantwoordelijk mee omgaat, hoeft een totaalverbod niet per se.”

En als hij dan echt moet kiezen tussen betaald of amateurvoetbal, hoeft hij niet lang na te denken. „Dan ga ik voor het amateurvoetbal. De gezelligheid, het samen zijn met vrienden en bekenden bij je eigen club. Dat is onbetaalbaar.