Zaterdag in Noord-Groningen: waar het amateurvoetbal nog toneel is
Er bestaan van die zaterdagen waarop je jezelf afvraagt of je niet beter met een camera en een notitieblok in de auto kunt stappen dan met een boodschappenlijstje. Want eerlijk is eerlijk: wie op een doorsnee zaterdag door Noord-Groningen rijdt en even stopt bij de velden van Ezinge, Warffum, Kloosterburen of in Uithuizermeeden, hoeft niet naar theater of Netflix. Het amateurvoetbal is er nog rauw, echt, menselijk, soms hilarisch, soms treurig, maar altijd het aankijken waard. Waar je op www.hollandsevelden.nl droge uitslagen en keurige statistieken vindt, daar krijg je onderweg tussen wierden, windmolens en wapperende cornervlaggen het hele toneelstuk er gratis bij. En het script wordt elke week herschreven door vrijwilligers, leiders, scheidsrechters en spelers die er hun ziel en zaligheid in leggen.
Afgelopen zaterdag hoorde ik langs de lijn een verhaal dat typerend is voor de spagaat waarin veel dorpsclubs zich bevinden. Een vereniging had bij de KNVB een verzoek ingediend om haar drie seniorenteams, twee heren en een dameselftal ,op dezelfde dag tegelijk uit of thuis te laten spelen. Logisch, zou je denken. Meer reuring op het sportpark, meer samenhorigheid in de kantine, en minder druk op die paar vrijwilligers die nog over zijn. Maar nee, de bond zag het anders. Het verzoek werd afgewezen.
Een paar uur eerder, bij een andere club, hoorde ik het tegenovergestelde probleem. Daar wilde men juist voorkomen dat álle teams op één dag thuis speelden, want veld twee ,dat ook als trainingsveld dient, werd anders te zwaar belast Ook dat verzoek, met dezelfde toon van redelijkheid en realisme, werd afgewezen. Twee clubs, twee logische vragen, nul keer gehonoreerd. Langs de lijn klonk het gemor. “In Zwolle, waar district Noord gevestigd is, snappen ze niet hoe het hier werkt,” zei iemand, met een stem die net zo droog klonk als de kleigrond waar hij op stond. En misschien heeft hij gelijk. Want wat je vaker hoort: het district Noord is te groot, te log, te ver weg van de realiteit van dorpen waar het vrijwilligersbestand alleen maar kleiner wordt.
.De kracht van de kleine clubs
Misschien is dat wel het mooiste van alles: dat er, ondanks alles, nog steeds mensen zijn die hun zaterdagen offeren aan dat spelletje. Vrijwilligers die lijnen kalken in de regen. Kantinemedewerkers die de derde ronde bitterballen verzorgen. Trainers die met twaalf man naar uitwedstrijden rijden omdat de helft met vakantie is of op de bank ligt met een blessure. Zij houden het allemaal draaiende. Zonder hen geen velden, geen teams, geen dorpsleven. En dus ook geen verhalen. Dus ja, er bestaan van die zaterdagen waarop een boodschappenlijstje verbleekt bij wat er zich op de amateurvelden afspeelt. De KNVB kan dan wel redeneren in tabellen en schema’s, maar op de velden wordt het echte voetbal nog geleefd.

De KNVB en de logica van het platteland
Afgelopen zaterdag hoorde ik langs de lijn een verhaal dat typerend is voor de spagaat waarin veel dorpsclubs zich bevinden. Een vereniging had bij de KNVB een verzoek ingediend om haar drie seniorenteams, twee heren en een dameselftal ,op dezelfde dag tegelijk uit of thuis te laten spelen. Logisch, zou je denken. Meer reuring op het sportpark, meer samenhorigheid in de kantine, en minder druk op die paar vrijwilligers die nog over zijn. Maar nee, de bond zag het anders. Het verzoek werd afgewezen.Een paar uur eerder, bij een andere club, hoorde ik het tegenovergestelde probleem. Daar wilde men juist voorkomen dat álle teams op één dag thuis speelden, want veld twee ,dat ook als trainingsveld dient, werd anders te zwaar belast Ook dat verzoek, met dezelfde toon van redelijkheid en realisme, werd afgewezen. Twee clubs, twee logische vragen, nul keer gehonoreerd. Langs de lijn klonk het gemor. “In Zwolle, waar district Noord gevestigd is, snappen ze niet hoe het hier werkt,” zei iemand, met een stem die net zo droog klonk als de kleigrond waar hij op stond. En misschien heeft hij gelijk. Want wat je vaker hoort: het district Noord is te groot, te log, te ver weg van de realiteit van dorpen waar het vrijwilligersbestand alleen maar kleiner wordt.
De week van de scheidsrechter – maar niet overal begrepen
Het was bovendien de Week van de Scheidsrechter. Een mooi initiatief, bedoeld om respect en waardering te tonen voor de mannen en vrouwen die ieder weekend vrijwillig tussen spelers, leiders en ouders in het veld staan. Maar op sommige plekken in de diepste spelonken van het amateurvoetbal is dat concept blijkbaar niet helemaal doorgedrongen. Zo stond er bij één wedstrijd een trainer/leider langs de lijn die zich gedroeg als een patiënt die zijn medicijnen was vergeten. Elke beslissing van de arbiter werd gevolgd door commentaar van zijn kant. Een verkeerde invulling van de Week van de Scheidsrechter, zullen we maar zeggen. Want de man in het zwart verdient eerder een applaus dan een tirade. Toch denk ik dat deze trainer/leider niet de enige was die zich die middag liet gaan. Het is een hardnekkig verschijnsel: volwassenen die zich langs de lijn gedragen als pubers in de file. Gelukkig zijn er ook genoeg ploegen waar het wél goed gaat. Waar na afloop de scheids nog een bak koffie krijgt, een hand en misschien een gehaktbal. Kleine gebaren, grote betekenis. Want zonder scheids geen wedstrijd. Punt.De kousenkwestie en de nostalgie van sporthuis Sjoerd van der Baan
Verder was er nog dat andere, bijna aandoenlijke tafereel. Een team met een spiksplinternieuw tenue, shirt, broekje, alles perfect, maar met nog de oude kousen. De nieuwe waren namelijk nog “onderweg bij de leverancier”. Ik moest denken aan mijn tijd bij Sporthuis Sjoerd van der Baan. Daar was zoiets ondenkbaar. Mijn baas van toen zou het nooit hebben laten gebeuren dat een bestelling incompleet het pand verliet. “Voetballers zonder de juiste kousen, dat is als een keeper zonder handschoenen,” zou hij hebben gebromd. Maar goed, tijden veranderen. En misschien hoort het er ook bij: dat charmante, licht chaotische van het amateurvoetbal. De clubkousen zullen er ooit wel komen.Het echte theater van Noord-Groningen
Zo gebeurde er weer van alles op en rond de Noord-Groninger velden. En eerlijk gezegd: dat zal voorlopig niet veranderen. Want het amateurvoetbal in deze streek is geen beleidsnotitie, het is een levend dorpsverhaal. Het speelt zich af tussen kantines waar de geur van koffie en frituur met elkaar vechten, tussen bestuurskamers waar men met koffie in plastic bekertjes grote besluiten probeert te nemen, en tussen spelers die doordeweeks in de bouw of op de trekker zitten maar op zaterdag nog even Messi proberen te zijn..De kracht van de kleine clubs
Misschien is dat wel het mooiste van alles: dat er, ondanks alles, nog steeds mensen zijn die hun zaterdagen offeren aan dat spelletje. Vrijwilligers die lijnen kalken in de regen. Kantinemedewerkers die de derde ronde bitterballen verzorgen. Trainers die met twaalf man naar uitwedstrijden rijden omdat de helft met vakantie is of op de bank ligt met een blessure. Zij houden het allemaal draaiende. Zonder hen geen velden, geen teams, geen dorpsleven. En dus ook geen verhalen. Dus ja, er bestaan van die zaterdagen waarop een boodschappenlijstje verbleekt bij wat er zich op de amateurvelden afspeelt. De KNVB kan dan wel redeneren in tabellen en schema’s, maar op de velden wordt het echte voetbal nog geleefd.