Training SV Bedum Oldstars: Geen grip op het gebeuren

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Even na praten

Soms heb je van die dagen waarop alles lijkt te kloppen. De zon schijnt nét wat vriendelijker, de bal rolt zoals jij dat wilt en zelfs het geouwehoer in de kleedkamer klinkt als muziek in de oren. Woensdagochtend was zo’n dag… maar dan precies andersom. En toch begon het met een hoogtepunt.



oldstars

We zaten in de kleedkamer van de SV Bedum Oldstars ,wintig spelers en één trainer ,klaar voor weer een ouderwets intensieve, sociale en vooral gezellige training. Maar voordat de veters konden worden gestrikt, kreeg trainer Henk Diepenbroek het woord. Hij had een update over zijn gezondheid. En laat ik eerlijk zijn: het was er één waar iedereen in de kantine stil van werd. In positieve zin. Je zag aan alles dat de opluchting diep zat. Zijn nieuws werd met een warm applaus ontvangen, het soort applaus dat voelt als een arm om je heen. Zo’n moment waarop je je realiseert: dit team is meer dan zomaar een stelletje voetballers. Dit is een clubje mensen dat naar elkaar omkijkt.

En in datzelfde licht wil ik via deze weg ook de teamgenoten die momenteel door ziekte of blessures aan de kant staan heel veel sterkte wensen. Het zijn van die periodes die je eraan herinneren hoe bijzonder het is dat je überhaupt op woensdagochtend een bal kunt raken. Mogen sporten is, hoe cliché het ook klinkt, een cadeautje. En dat vergeet je soms, tot het even niet meer vanzelfsprekend is.

Na het goede nieuws van Henk was het woord aan Massoud. Of beter gezegd: het hoogste woord. Onze chef-lijnentrekker had er duidelijk zin in. Met twee nieuwe leerling-lijnentrekkers in opleiding ,alsof we spreken over een ambachtelijk vakmanschap dat van generatie op generatie moet worden doorgegeven, ontstond een waterval aan onzin. Het soort monoloog waarbij je je afvraagt of stilte niet een vergeten luxeproduct is.

Toen de ballen op spanning waren gebracht, ja, ballen horen indrukbaar te zijn, laten we dat nog maar eens onderstrepen, kon er eindelijk begonnen worden met de training. Althans, dat probeerden we. Want vanaf de eerste oefening voelde ik het al: dit zou niet mijn dag worden. Je hebt van die momenten waarop je denkt dat je beter thuis had kunnen blijven, of in elk geval beter een van je andere hobby had kunnen kiezen. Net zoals in de sportschool waar je halverwege een sessie beseft dat je geen grip krijgt op wat je aan het doen bent en je het liefst het apparaat vriendelijk zou bedanken voor bewezen diensten. Normaal gesproken kap je dan de boel af, neem je een douche en ga je naar huis.

Maar in een teamsport werkt dat anders. Je blijft, je doet mee, je lacht als iemand een grap maakt en je vloekt binnensmonds als de bal weer eens van je voet springt alsof hij jouw aanwezigheid beledigend vindt. Hoe dan ook, je gaat door. Toch waren de drie partijen die we speelden een worsteling van begin tot eind. Niet omdat het spel nu zo ingewikkeld was, maar omdat ik er gewoon geen seconde grip op had. Geen bal die lekker lag, geen actie die uit mijn voeten kwam. Alsof er een onzichtbare muur tussen mij en het spel stond. Je ziet het gebeuren, je wilt reageren, maar het lijf zegt: “Vandaag even niet, vriend.” En dat knaagt. Voetbal hoort leuk te zijn. Voor ons Oldstars misschien nog wel meer dan voor wie dan ook. Het gaat niet om prijzen, punten of statistieken; het gaat om plezier, beweging. Maar plezier is niet iets dat je zomaar kunt afdwingen. Soms laat het zich gewoon niet zien. Na de training kwam dan ook de onvermijdelijke vraag: “Heb je lekker gevoetbald?” Normaliter is dat een beleefdheidsvraag, bijna retorisch. Je zegt ja, maakt een grapje. Maar deze keer kon ik niet eens een poging doen om het mooier te maken dan het was. Het antwoord was een volmondig, eerlijk en compromisloos “Nee.”

En weet je? Dat is oké want iets mooier maken dan het is, is niet oké