Jeugdvoetbal: teveel kampioenen, te weinig ontwikkeling

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Columns

Het was ergens vorige week toen ik door de stad liep Groningen en ik opeens mijn naam hoorde. Een bekende uit het amateurvoetbal, laten we hem voor het gemak Jan noemen ,stond breed lachend voor me. We hadden elkaar een tijd niet gesproken, dus een kop koffie was snel geregeld. En zoals dat gaat met mensen die van voetbal houden: nog voor het eerste kopje op tafel stond, zaten we al midden in een gesprek over voetbal. “Is een van je kleinzoons al kampioen geworden?” vroeg hij, met die bekende twinkeling in zijn ogen. Ik moest lachen. Niet omdat het een rare vraag was, maar omdat ik wist dat Jan fel tegenstander is van die zogenaamde “kampioenschappen” in het jeugdvoetbal. Je weet wel, die titeltjes na elke fase waarin een elftal dat toevallig bovenaan eindigt, feest mag vieren alsof ze de Champions League hebben gewonnen. En eerlijk is eerlijk: ik geef hem geen ongelijk.

johan 2

Poulewinnaar of kampioen?

Jan vindt, en daar sta ik volledig achter, dat we jeugdteams niet moeten overladen met kampioenschappen, maar alleen moeten belonen met promotie. Word je poulewinnaar, dan speel je de volgende fase in een hogere klasse. Klaar. Geen huldigingen, geen optochten, geen fakkels en vuurwerk bij het dorpshuis. Gewoon een stapje omhoog, zodat de kinderen beter worden. “Maar wat er nu gebeurt,” zei Jan, terwijl hij zijn koffie roerde, “is dat de jeugdige voetballer soms in een poule worden gezet waar ze alles met 10-0 winnen. En dan noemen we ze kampioen. Kampioen van wat precies? Van de makkelijke poule?” Hij had een punt. Er zijn jeugdteams die letterlijk niets leren omdat ze elke week tegen zwakke tegenstanders spelen. Ze winnen wel, maar ontwikkelen niet. En dan gaat het natuurlijk mis. Ik moest denken aan wat een teamgenoot van SV Oldstars mij laatst vertelde. Zijn kleinzoon speelt in een jeugdteam dat alle wedstrijden ruim wint. Ouders trots, trainers tevreden, jeugdbestuur blij. Maar als ze eens tegen een sterke ploeg moeten, is het meteen paniek. Want weerstand zijn ze niet gewend. En dan hoor ik mijn kleinzoon Tim in mijn hoofd: zes wedstrijden gespeeld, zes keer verloren. Maar de laatste twee duels ging het een beetje beter. Dat is ontwikkeling. Dáár zit groei in. Alleen zie je daar geen medaille of schaal voor.


De waanzin van het kampioenschapsdenken

Het probleem zit ‘m niet bij de kinderen, was Jan van mening.,, Die willen gewoon voetballen. Rennen, lachen, scoren. Nee, het probleem zit in de jeugdafdelingen. Daar heerst vaak een soort trots die weinig met ontwikkeling te maken heeft. “Onze JO10-1 is kampioen!” klinkt dan als een bewijs dat de club het goed doet. Maar wat zegt dat nu werkelijk? Vaak is het niets meer dan een gevolg van verkeerde indelingen of ongelijke poules. En dan krijg je die rare situaties waarin teams met gemak alles winnen, zich onoverwinnelijk wanen, maar technisch en tactisch nauwelijks vooruitgaan. Nog erger wordt het als die “kampioenschappen” worden opgeblazen tot bijna dorpsfeesten. Ik hoorde vorig seizoen het verhaal van een jeugdteam dat met een bus naar hun laatste wedstrijd werd gebracht. Onderweg hield niemand minder dan Evert ten Napel een peptalk over “de strijd om het kampioenschap”. De kinderen genoten, natuurlijk. Maar laten we eerlijk zijn: dat is toch volslagen kolder? Een kampioensduel voor een jeugdteam met een busreis, spandoeken en vuurwerk. We zijn het spoor volledig bijster.

De kleine ‘van Gaaltjes’ van het jeugdvoetbal

Wat Jan en ik verder constateren, is dat er tegenwoordig teveel “kleine Van Gaaltjes” rondlopen. Trainers die zichzelf profileren als topcoaches omdat hun team “kampioen” is geworden. Ze lopen erbij alsof ze Van Gaal,Ten Hag of Slot zijn, terwijl hun spelers niet eens weten hoe een bal goed aan te nemen. De focus ligt teveel op winnen in plaats van leren. Op resultaten in plaats van ontwikkeling. En als je het durft te zeggen, krijg je meteen te horen dat “plezier het belangrijkst is”. Natuurlijk is plezier belangrijk, maar plezier groeit als je beter wordt, niet alleen als je met 15-0 wint zonder moeite. Een jeugdtrainer die zijn team structureel tegen zwakkere tegenstanders laat spelen om “succes te boeken”, werkt aan zijn eigen ego, niet aan de toekomst van die kinderen.


Een derde kop koffie en een harde conclusie

Na drie koppen koffie waren Jan en ik het roerend eens: in het jeugdvoetbal lopen te veel mensen rond die het niet hebben begrepen. Niet de kinderen, niet de ouders die oprecht genieten van hun zoon of dochter. Nee, het zit bij de structuren, de commissies, de trainers die denken dat een beker in de kantine het bewijs is van goed beleid. Het zou gezond zijn als de KNVB hier eens naar keek. Door te zeggen , stop met het belonen van ploegen je promoveert al naar een hogere klasse. Geef kinderen weerstand. Want daar groeien ze van als voetballer én als mens.

Dus laat de huldigingen maar even achterwege. Geen bussen, geen vuurwerk, geen hossende ouders met fakkels. Geef ze liever een goed veld en een trainer die snapt wat ontwikkeling is. Want wie echt van voetbal houdt, weet: de mooiste overwinning is niet die schaal na zes makkelijke potjes. De mooiste overwinning is het moment dat een kind dat eerst elke week achter tegenstanders aanliep, opeens zélf de bal verovert. Dat is pas kampioen worden.