Usquert en de kunst van het gestraft worden voor je bestaan

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Columns

Je moet het maar kunnen. Je moet het als kleine dorpsclub maar opbrengen om er ieder jaar weer te staan. Om in augustus, wanneer de mussen nog van het dak vallen, met een handvol vrijwilligers de lijnen te kalken, de kantine te poetsen en de laatste muggen uit de netten te slaan. Om weer een elftal op de been te brengen, ondanks werkroosters, blessures en het eeuwige gesteggel over wie er op linksback moet. Je moet het vooral doen met het geloof dat het ergens toe leidt: een paar mooie zondagen, met publiek langs de lijn, kinderen op het hek, patatvet in de lucht en ouderwetse gezelligheid in de kantine. Dat is de zuurstof voor een club als ook vv Usquert.

johan 1


En dan komt de KNVB dat de competitieroosters uitspuwt. Wat er precies in die machine gaat, weet niemand,misschien koffiedik, misschien oude lotenboekjes, maar de uitkomst veranderde deze wek voor Usquert ronduit desastreus.
Want kijk even mee. De withemden openen het seizoen uit tegen DZW. Prima. Daarna: een weekend vrij. Dan: uit tegen Pekelder Boys. Dan weer een weekend vrij. En dan, op de vijfde speelronde,we zijn dan dus alweer halverwege oktober, pas het eerste thuisduel. Tegen Farmsum, als de herfstregen waarschijnlijk al horizontaal langs het sportpark jaagt. Dat is niet zomaar onhandig, dat is desastreus. Voor een kleine vereniging is de kantineomzet geen bijzaak, het is de levensader. Die paar zonnige zondagen in september zijn goud waard. Mensen blijven hangen, drinken wat, eten een broodje bal, praten nog eens na over die gemiste kans in de slotminuut. Dat is de charme, maar ook de broodwinning van het amateurvoetbal. En nu wordt Usquert opgezadeld met een schema dat ze financieel en qua sfeer direct de nek omdraait.

Wat moet je dan als vereniging? Je kunt moeilijk de hele selectie met bussen supporters laten meereizen naar Delfzijl of Nieuwe Pekela, alleen maar om de baromzet op peil te houden. Je kunt ook niet ineens een frietkraam naast het veld van de tegenstander zetten. Je bent gewoon overgeleverd aan de grillen van een wedstrijdschema waar blijkbaar geen menselijk oog meer naar kijkt.

En dat terwijl dit alles een symptoom is van een veel groter probleem: de langzame leegloop van het zondagvoetbal. Steeds minder clubs willen of kunnen nog op zondag spelen. De aantrekkingskracht is tanende, de prioriteiten verschuiven, het aantal teams krimpt. Daardoor moeten competities worden heringedeeld, gaten worden opgevuld en schema’s worden geforceerd.

In die chaos vallen juist de kleintjes tussen wal en schip. Zoals Usquert. Clubs die al blij zijn dat ze überhaupt nog een representatief elftal op de been krijgen.

En dan krijg je dus een schema dat voelt als een klap in het gezicht. Geen enkele thuiswedstrijd in de mooiste maanden van het jaar, maar pas beginnen wanneer de bladeren vallen en de supporters liever binnen blijven. Je kunt er boos om worden, je kunt er cynisch van worden, maar bovenal is het frustrerend, omdat het zo makkelijk te voorkomen was.

Want waarom kan er niet gewoon gekeken worden naar een eerlijke spreiding van thuis- en uitwedstrijden? Waarom moet een club vijf competitierondes wachten op het eerste fluitsignaal in eigen dorp? Het zou voor de KNVB toch niet zo moeilijk moeten zijn om dat in te bouwen. Het zou getuigen van respect voor de basis waar het hele Nederlandse voetbal op leunt.

Sterker nog: dit soort schema’s versnellen precies de ontwikkeling die de KNVB zegt te willen keren. Want als je een club financieel en sportief zo in de kou zet, duw je ze alleen maar sneller richting de zaterdag of richting de reserveklasse. Zelfs in Usquert, waar het zondagvoetbal nog altijd een stukje dorpscultuur is.

En zo komen we bij de wrange conclusie: het zondagvoetbal sterft niet alleen omdat de passie weg is, maar ook omdat het wordt doodgeknepen door onverschilligheid. Door schema’s die geen rekening houden met realiteit. Dus ja, noem het gerust een waardeloos competitieschema. Noem het gerust een klap in het gezicht van een club die al decennialang het dorp een reden geeft om samen te komen. Noem het gerust een veeg teken aan de wand voor het hele zondagvoetbal.

Want als zelfs de mooie nazomerdagen niet meer gegund worden aan een club als Usquert, dan blijft er op zondag straks inderdaad niemand meer over. En dan is de stilte op sportpark Usquert niet het gevolg van gebrek aan wil of inzet — maar van een systeem dat geen oog meer heeft voor de ziel van het amateurvoetbal. En dat zou pas écht zonde zijn.