"Het grote misverstand dat Walking Football heet"

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Columns

Sinds de zomer van 2017, ik was in januari van dat jaar zestig geworden ,maak ik deel uit van het wereldje dat zichzelf graag presenteert als het Walking Football waar sportief en sociaal de kernwoorden zijn

johan 1

Walking Football. Een concept dat in theorie prachtig klinkt. Bewegen op latere leeftijd, sociaal contact, een balletje trappen zonder lichamelijke overbelasting. Een soort voetbalvariant voor de ‘oude knarren’, maar dan met respect, plezier en zonder rennen. Zonder rennen, ja. Want dát is de regel die ik al acht jaar steeds weer terug hoor keren. Alleen… er klopt helemaal niets van.

Want wie de filmpjes op sociale media bekijkt, ziet het meteen: daar wordt door de Walking Footballers altijd ‘gerend’. Misschien niet als Kylian Mbappé, maar wel degelijk met een versnelling die je niet meer kunt uitleggen als "wandelen". En dat is niet één keer, niet twee keer. Nee, het is structureel. Wat nog schrijnender is: het lijkt wel alsof niemand dat echt erg vindt. Behalve als het hen uitkomt. Want, laten we eerlijk zijn, het verbod op rennen komt vaak niet van de mensen op het veld, maar vanachter de bureaus. Bepaald door beleidsmakers wat mensen zijn die Walking Football vooral begrijpen als een sociaal project, niet als een sport. Mensen die worden aangestuurd door walking footballers die zélf nauwelijks nog zonder rollator vooruit komen maar wel met ijzeren vuist vasthouden aan de regels.

"Het mag niet, maar het gebeurt wel"

Het Walking Football is ibij veel verenigingen en op toernooien nmiddels een soort hypocriete toneelvoorstelling geworden. We zeggen dat we niet rennen, maar we doen het wel. We roepen dat het om plezier draait, maar maken er een bijna politieke kwestie van. Want zodra iemand lijkt te versnellen, staan de ‘scheidsrechters’, al klaar om met het vingertje te wijzen. Niet omdat het spel er slechter van wordt, maar omdat het toevallig een regel is waar men zich aan moet houden. En o wee als je daar kritiek op durft te hebben.

Bij SV Bedum OldStars, de voetbalclub waar ik sinds 2017 lid ben, wordt het ‘rennen zonder bal’ gedoogd. Niet officieel toegestaan, maar met een gezonde dosis boerenverstand: als iemand wat sneller beweegt om een positie te bereiken, is dat geen doodzonde. We zijn tenslotte allemaal de zestig al gepasseerd, en niemand op dat veld haalt nog Usain Bolt-snelheden. Maar helaas, ook daar zijn de regels aangescherpt. Rennen, versnellen, sprinten, alles wordt nu iets meer met argusogen bekeken. Twee trainingen heb ik inmiddels meegemaakt met de nieuwe aanpak, en ik zeg het eerlijk: ik word er niet blij van.

"Wie kan er eigenlijk nog echt rennen?"

Want het meest frustrerende aan het hele debat: waar hebben we het eigenlijk over? De gemiddelde Walking Footballer is ergens tussen de 65 en 80 jaar oud. Echte renners, mensen die nog in staat zijn om met controle, snelheid én richting een sprintje te trekken ,zijn een zeldzaamheid. Je moet ze met een zaklamp zoeken, en dan nog zie je ze meestal niet. Maar wat je wél ziet, zijn mensen die hun best doen om nog een beetje mee te komen. Die proberen het tempo van het spel op te vangen met iets dat lijkt op versnellen. Mensen die hun lijf nog nét zo ver krijgen dat ze iets sneller zijn dan lopen. En dan krijg je de discussie: was het rennen of niet? Was het ‘versneld voortbewegen’? Was het een grove overtreding van de regels of gewoon enthousiasme? Laat ik het maar ronduit zeggen: als je denkt dat iemand in die leeftijdscategorie écht nog aan het rennen is, dan overschat je die persoon behoorlijk. Of jezelf. Want wat voor de een een sprintje lijkt, is voor de ander gewoon een laatste stuiptrekking van het nog resterende reactievermogen.

"Democratie is mooi, maar leidt niet altijd tot wijsheid"

Ik begrijp het hoor. In een democratie beslist de meerderheid. En als de meerderheid vindt dat er strikter op de regels moet worden toegezien, dan past de minderheid zich aan. Dat is hoe het werkt. Maar democratie is geen synoniem voor wijsheid. De massa heeft het ook weleens mis. En in dit geval voelt het alsof we bezig zijn met het beschermen van een regeltje dat inmiddels totaal losgeslagen is van de realiteit op het veld. En nogmaals: het gaat mij niet om de anarchie. Ik ben geen voorstander van ‘vrijheid, blijheid’. Natuurlijk moeten er spelregels zijn. Natuurlijk moeten we zorgen dat iedereen mee kan doen, ongeacht fysieke gesteldheid. Maar dat is wat anders dan doorslaan in handhaving van iets wat allang achterhaald is.

"Het moet weer over voetbal gaan"

Walking Football is ooit bedacht om ouderen de mogelijkheid te geven te blijven voetballen. Dat is het hart van de sport. Maar hoe vaker ik op het veld sta, hoe meer het lijkt te gaan over regeltjes en correct gedrag. Het voetbal is bijzaak geworden. Het plezier raakt ondergesneeuwd door bureaucratische discussies over wat nu wel of niet mag. En dat is zonde. Want er is nog zoveel moois aan Walking Football. Maar zolang we blijven doen alsof rennen het grootste kwaad is dat een mens kan begaan, houden we dit hypocriete toneelspel in stand.

"Tijd voor herijking"

Misschien is het tijd om terug te gaan naar de tekentafel. Niet om het rennen ineens volledig vrij te geven, daar is niemand bij gebaat, maar om eens met open vizier te kijken naar wat nu echt belangrijk is. Mag iemand nog wat sneller bewegen zonder te worden weggezet als spelbederver? Mogen we accepteren dat niet elk ‘sprintje’ ook daadwerkelijk een sprint is? En mogen we alsjeblieft weer gaan voetballen, in plaats van elkaar te controleren? Tot die tijd houd ik mijn schoenen nog wel even aan. Want ondanks alles blijft het spelletje te mooi om los te laten. Maar ik zal nooit stoppen met zeggen waar het op staat. Walking Football is mooi, maar ook een farce. En zolang we dat niet durven toegeven, blijft het rennen een heet hangijzer.